Ashleigh, hoewel geboren Amsterdamse begon je met voetballen bij SC Buitenboys in Almere. Hoe oud was je toen en hoe kijk je terug op die jaren?
"Ik was zeven jaar en kwam in eerste instantie in de meiden teams terecht. Dat heette toen nog MF en ME (tegenwoordig MO7 t/m MO9). Ik had er veel plezier in en merkte wel dat ik er uitstak dus op een gegeven moment wilde ik wel heel graag bij de jongens voetballen om een nog hoger niveau te halen. Dat was in die tijd best nog wel een gedoe, want dat gebeurde toen nog niet zoveel, maar mede dankzij aandringen van mijn moeder is dat wel gelukt. In eerste instantie kwam ik niet in de selectieteams, maar toen bleek dat ik er daar ook wekelijks goed speelde en er wekelijks vol voor ging maakte ik alsnog die stap".
En hoe ging dat?
"Voetballend was het geen probleem, en kon ik het niveau makkelijk aan. Daarnaast hadden we een hele goede trainer die veel vertrouwen in mij had. Onderling kon ik niet met alle jongens evengoed overweg. Sommigen zagen het toch als een soort gevaar dat een meisje hun plekje innam, maar mijn trainer was daar heel rechtlijnig in. Degene die zich het beste liet zien op de training en in wedstrijden speelden gewoon. En ik zorgde gewoon dat ik er alles aan deed om daar bij te zitten. Al met al heb ik tot en met de C-junioren (O15) met veel plezier bij Buitenboys gespeeld en heb ik toch een hoop te danken aan deze club."
En toen volgde de stap naar CTO Amsterdam?
"Ja, dat was echt top. Ik denk dat ik daar bij de beste opleiding zat die op dat moment mogelijk was. We speelden met een opleidingsteam vol meiden in een jongenscompetitie en daar kwam ik voor het eerst in aanraking met een topsportklimaat. Dat bestond bijvoorbeeld uit twee ochtenden in de week naar de gym om te trainen, naar school en huiswerkbegeleiding, maar ook met je voeding, en 's middags weer naar de veldtraining. Als meisje wil je zo lang mogelijk bij de jongens voetballen om een zo hoog mogelijk niveau te halen, maar daar zat je met de beste meiden van het land bij elkaar en haalde je dat niveau ook. Bij CTO heerste altijd een topsportmentaliteit, niet alleen om je als sporter vooruit te helpen, maar ook als mens. Op die momenten was het best zwaar, maar nu besef ik hoe belangrijk het is geweest voor mijn ontwikkeling. Ik kijk dan ook terug op twee prachtige jaren bij CTO".
Na die twee jaar kwam FC Twente?
"Een flinke stap, maar ook eentje waar ik nooit spijt van heb gehad. FC Twente was toen al een topploeg in Nederland en hoewel er mensen twijfelden of ik het niveau aan kon heeft dit ook bijzonder goed uitgepakt"
Want dan zit je plotseling op jonge leeftijd aan de andere kant van Nederland?
"Ja, toen ik bij CTO speelde woonde ik al bij mijn opa en oma in Amsterdam, maar nu ging ik op mijn 17e naar een andere stad voor het eerst echt op mijzelf. Ik woonde wel met teamgenoten in een huis, maar het was toch een hele stap. Toch werd ik direct goed opgevangen door club, ploeggenoten en technische staf en kostte het zodoende niet al teveel aanpassingen".
En voetballend vond je ook vrij snel je draai?
"In het begin merkte je op trainingen en wedstrijden echt wel dat het weer een stapje hoger was, en dat je moest knokken voor je plaatsje, maar ik voelde veel vertrouwen van trainer Tommy Stroot. Hij zei dat ik gewoon hard moest werken, en dat mijn kansen kwamen en vanaf toen zat er continu een opwaartse lijn in. Ik had voor drie jaar getekend en die heb ik uiteindelijk ook volgemaakt. Prachtige jaren gehad, met de landstitel in het tweede jaar als één van de hoogtepunten, evenals mijn uitverkiezing voor Oranje (Weerden debuteerde tijdens de Algarve Cup 2019, red.). Het jaar daarop had er eigenlijk nog een titel bij moeten komen, maar toen gooide corona helaas roet in het eten".
Na drie jaar FC Twente kwam er een nieuwe uitdaging op je pad en ging je naar Frankrijk. Hoe is dat tot stand gekomen?
"Montpellier had al eens eerder belangstelling getoond, maar toen wilde ik gewoon nog een stabiel seizoen draaien in de Eredivisie. Daarna hebben ze mij opnieuw gevolgd en aangezien wij met FC Twente ook in de Champions League aardig meededen in wedstrijden tegen bijvoorbeeld VFL Wolfsburg en St. Pölten en het goed deden in de competitie kwamen zij in 2020 terug en durfde ik de gok wel te wagen".
Je tekende bij Montpellier voor twee jaar. Hoe zijn die jaren bevallen?
"Echt met ups en downs. Bij de club was alles goed geregeld. Er sprak vertrouwen uit van de club, ik had leuke meiden om mij heen, een mooi appartementje en auto van club en het leven in de stad was echt geweldig. Mede omdat ik de taal goed spreek kon ik mij ook vrij snel aanpassen. Voetballend had ik op meer gehoopt. In mijn eerste seizoen kreeg ik nog wel voldoende speeltijd en heb ik vooral heel veel geleerd. Montpellier draaide eigenlijk steevast in de top vier van Frankrijk mee, maar dat seizoen werden we zevende waardoor er in het tweede seizoen een andere trainer kwam. Met deze trainer klikte het vanaf het begin al niet. Ik werkte er hard genoeg voor en ben ook de gesprekken met hem aangegaan, maar ik kreeg gewoon niet genoeg speelminuten. Mede omdat ik ook in beeld wilde blijven bij de nationale selecties heb ik er daarom voor gekozen een volgende stap te maken".
En dat werd Ajax?
"Ja, en dat is mijn droomclub. Als kind zat ik zelf op de tribune naar de Ajax Vrouwen te kijken en nu kreeg ik de kans daar zelf te spelen. De gesprekken voelden ook gelijk goed en ik keerk er direct naar uit om hier aan de slag te gaan. Als geboren Amsterdamse was de cirkel voor mij rond al ben ik nog steeds heel jong en heb nog steeds genoeg ambities, maar het feit dat ik het Ajax-shirt mag dragen is een droom die uitkomt".
En hoe bevalt het tot nu toe?
"Heel erg goed. Ik werd direct goed opgenomen in de ploeg en ik voel veel vertrouwen vanuit de technische staf. De trainer is heel duidelijk en weet heel goed waar ze naar toe wil met deze groep, maar is zeker ook een mensen-mens waarin ook het sociale aspect enorm belangrijk is. Er wordt keihard gewerkt, maar er is zeker ook ruimte voor het sociale gebeuren. De sfeer binnen de selectie is dan ook top. Daarnaast voelt het gewoon weer goed om terug te zijn in Nederland met familie en vrienden om mij heen. Ik zat vanaf de eerste dag lekker in mijn vel en heb vooral mijzelf echt weer teruggevonden in Amsterdam. We hebben heel veel goede speelsters in elke linie en de concurrentie is groot, maar op één wedstrijd na heb ik alles gespeeld dus dat doet veel met je vertrouwen".
Bestaat de buitenlandse droom nog wel?
"Jazeker, die droom blijft er. Ondanks dat het voetballend in Montpellier niet ging zoals ik wilde was het wonen in een ander land wel een verrijking. Dat zou ik zeker nog wel eens mee willen maken, maar vooralsnog is daar geen sprake van want mijn focus ligt nu volledig op Ajax. Ik heb hier heel bewust voor twee jaar getekend en wil met Ajax eerst nog de nodige prijzen pakken. Wat de toekomst verder brengt zullen we zien want ik ben nog steeds jong".
Zitten die prijzen er dit seizoen in?
"Natuurlijk, op meerdere fronten zowel in de competitie als de beker. We staan nu in de competitie drie punten achter op FC Twente, maar ook die gaan een keer een off-day hebben en we moeten ook nog een keer tegen elkaar. Als wij op deze manier blijven trainen en werken voor elkaar zijn wij nog tot hele mooie dingen in staat, daar ben ik van overtuigd".
En hopelijk komt Oranje dan ook weer in beeld?
"Dat hoop ik ook want ik ben er altijd trots op geweest om voor Oranje uit te komen. Ik ben er echter niet bewust mee bezig. Zoals gezegd ligt mijn focus volledig op Ajax en mijn eigen ontwikkeling. Het komt zoals het komt. Ik heb wel vertrouwen in mezelf en ook hoop, maar mijn focus is gericht op Ajax en een stabiel seizoen in de Eredivisie".
En zo sluit je een bewogen jaar 2022 toch goed af?
"Absoluut, zeker het laatste half jaar in Frankrijk was niet altijd even leuk, maar mede dankzij de steun van mijn managementsbureau FlowSports en van vrienden en familie sta ik hier toch maar weer en zit ik weer lekker in mijn vel. Ik geloof er dan ook heilig in dat 2023 weer een bijzonder jaar wordt waarin vele bijzondere dingen staan te gebeuren."