ALMERE/LELYSTAD - Drie mannen die betrokken waren bij mondkapjesfraude en het witwassen van de opbrengst daarvan zijn door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot (deels voorwaardelijke) gevangenisstraffen. Twee mannen van 30 en 27 jaar verkochten in het begin van de coronacrisis zognaamd uit naam van rapper Ali B. mondkapjes aan twee bedrijven in het buitenland, zonder die daadwerkelijk te leveren. De derde man (21) regelde dat het geld kon worden witgewassen. De 30-jarige man heeft een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaar opgelegd gekregen. De andere twee zijn veroordeeld tot eveneens 2 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk.


Miljoenen mondkapjes besteld

Eind maart 2020, in de eerste maand van de coronapandemie in Nederland, kreeg het bedrijf van Ali B. vanuit het buitenland de vraag waar de bestelde mondkapjes bleven. De IT-beheerder van dit bedrijf deed onderzoek en kwam erachter dat uit naam van Ali B. en zijn bedrijf op het internet mondkapjes werden aangeboden. Twee bedrijven hadden via die website miljoenen mondkapjes besteld en daarvoor een aanbetaling gedaan. Het eerste bedrijf deed een aanbetaling van 121.100,- euro, het tweede bedrijf had 20.500,- overgemaakt. Omdat de mondkapjes niet geleverd werden zochten die bedrijven contact met het bedrijf van Ali B., waarna de oplichting aan het licht kwam.

Opbrengst via geldezels naar verdachten

Het staat voor de rechtbank vast dat de 30-jarige man de drijvende kracht was achter deze vorm van oplichting. Samen met een 27-jarige man heeft hij een bedrijf opgericht en een website gemaakt. De buitenlandse bedrijven maakten geld over naar rekeningen van zogenoemde geldezels. Een 23-jarige man pinde vervolgens het geld van deze rekeningen en zorgde ervoor dat dit geld bij de twee andere verdachten terecht kwam.

Misbruik van de situatie

Zeker in de beginperiode van de coronapandemie was er wereldwijd een gebrek aan mondkapjes. Ook in bijvoorbeeld Maleisië, waar de gedupeerde bedrijven zetelen. De mannen hebben van die situatie – waarin het kennelijk makkelijk was om anderen op te lichten – misbruik gemaakt. Op geraffineerde wijze hebben zij de twee bedrijven opgelicht, waarbij ze alleen dachten aan eigen financieel gewin. De 30-jarige man is schuldig aan oplichting, valsheid in geschrifte (door valse facturen op te maken) en witwassen. Anders dan de andere twee heeft hij altijd ontkend iets met de oplichting te maken te hebben. Hij kwam tijdens de behandeling van zijn rechtszaak niet opdagen. De 27-jarige man had een vergelijkbare rol, maar hij heeft wel zijn verantwoordelijkheid genomen. De rechtbank vindt, net als in de zaak van de 23-jarige man, dat zij een naast een onvoorwaardelijke gevangenisstraf ook een stok achter de deur moeten hebben om niet opnieuw in de fout te gaan. Daarom wordt aan hen de helft van de tweejarige celstraf in voorwaardelijke zin opgelegd. Een van de twee bedrijven heeft zich als benadeelde partij gemeld. De drie zijn samen verantwoordelijk voor terugbetaling van de 20.500,- euro.