ALMERE/DEN HAAG - Het Openbaar Ministerie Oost-Nederland heeft gevangenisstraffen tot 18 maanden geëist tegen een man en twee vrouwen die worden verdacht van seksuele uitbuiting van een minderjarig meisje.
De drie worden ervan verdacht dat zij het meisje hebben geholpen bij het werken in de prostitutie. Het gaat dan om het regelen van een woning voor thuisontvangst, het aanmaken en beheren van seksadvertenties en het tot stand brengen van contacten met klanten. Het initiatief tot de prostitutie lag bij het slachtoffer zelf.
De uitbuiting zou hebben plaatsgehad in de periode van 14 mei 2020 tot 20 mei 2020 in Almere en Den Haag en van 20 tot 23 mei 2020 in Apeldoorn. Het slachtoffer was toen 17 jaar.
Het opsporingsonderzoek is op 14 mei 2020 gestart, nadat de bezorgde moeder melding had gedaan bij de politie dat haar dochter was weggelopen. Kort daarna konden de verdachten al worden aangehouden.
De verdachten hebben zich op de zitting op het standpunt gesteld dat zij niet wisten dat het slachtoffer minderjarig was. Daar gaat de officier van justitie niet in mee. “Er waren voldoende aanknopingspunten waardoor de verdachten hadden moeten twijfelen. Ze hadden zich er rekenschap van moeten geven of het slachtoffer meerderjarig was. Dat hebben ze niet gedaan. Integendeel, ze hebben meegeprofiteerd van de inkomsten uit haar prostitutiewerk. Bovendien is het verbod om minderjarigen te helpen in de prostitutie absoluut. Of je daadwerkelijk wist van de minderjarigheid is niet van belang voor een bewezenverklaring.”
Het Openbaar ministerie rekent het de verdachten sterk aan dat zij misbruik hebben gemaakt van dit (kwetsbare) jonge slachtoffer, en haar niet hebben behoed voor dit werk, maar haar juist hiertoe hebben aangemoedigd en/of bij hebben geholpen. “Zij hebben puur gehandeld om daar zelf financieel beter van te worden’’, aldus de officier van justitie. “De verdachten hebben door hun handelen grenzen overschreden en een grote inbreuk gemaakt op de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer.’’
Algemeen bekend is dat dit soort feiten, juist bij minderjarigen die nog in een seksuele ontwikkelingsfase verkeren, schade toebrengen. Dit bleek ook uit de ter zitting voorgelezen slachtofferverklaring. “Of een slachtoffer instemt met het prostitutiewerk is niet relevant. Minderjarigen horen hier ten allen tijde tegen beschermd te worden”, aldus de officier bij de motivering van zijn strafeisen.
De 29-jarige mannelijke verdachte uit Apeldoorn hoorde voor de rechtbank in Arnhem een gevangenisstraf van zes maanden tegen zich eisen. Voor de 52- jarige vrouw uit Apeldoorn vindt het OM een gevangenisstraf van 8 maanden (waarvan 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd) passend en tegen een 21-jarige vrouw uit Bussum werd een gevangenisstraf van 18 maanden geëist.
De rechtbank doet in de zaak van deze verdachten over 2 weken uitspraak. Een vierde verdachte moet zich op 5 december a.s. verantwoorden voor de rechtbank Gelderland.